Anniek helpt logenoten met voorbeeldbrieven

Anniek helpt logenoten met voorbeeldbrieven

Ervaringsdeskundige en schuldhulpverlener Anniek van Emmen werkt aan een Top 10van voorbeeldbezwaarschriften en -klachtenbrieven. Binnenkort komen debrieven op de website van Warm Rotterdam,en kan iedereen die wil er zijn voordeel meedoen. ‘Een goede brief naar de juisteinstantie kan je enorm helpen om stap voorstap uit die ellende te komen’, weet Anniek.

‘In 2020 introduceerde Jurrien Hup, mijncollega-budgetmaatje bij Samen 010, mij bijWarm Rotterdam’, vertelt Anniek. “Misschienis dit netwerk ook wat voor jou”, zei hij. Dathad hij goed gezien. De afgelopen jaren hebik veel ervaring opgedaan metschuldhulpverlening. Via Warm Rotterdamkan ik mijn kennis nu met zoveel mogelijkbetrokkenen delen.’
’Anniek kreeg de afgelopen jaren veel teverwerken. In 2017 kreeg ze de diagnosekanker. ‘Door mijn ziekte raakte ik vervolgensmijn baan bij een grote zorgverzekeraar kwijt.Ik werkte er op de klachtenafdeling’, verteltze. Na haar herstelperiode begon ze aan eenre-integratietraject als vrijwilliger in deschuldhulpverlening. ‘Ik ben nu budgetmaatjebij Samen 010 en schuldhulpverlener inKralingen/Crooswijk, bij wijkgebouw De Bron.En in gevangenis De Schie adviseer ikgedetineerden in het omgaan met schulden.Zo draag ik mijn steentje bij aan hetterugdringen van de armoede in Rotterdam.’

‘Help elkaar, blijf relaxt’

‘Help elkaar, blijf relaxt’

Twintig jaar zette Patricia Loemij zich vanuit de gemeente in voor mensen met sociale problematiek. Totdat ze als gevolg van een incident met een agressieve cliënt ziek werd, en niet de steun kreeg die ze nodig had. Langzaam gleed ze af ineen donkere put. Ze weet uit ervaring hoe het voelt om in de bijstand terecht te komen, een huurschuld op te bouwen en op straat te staan. Maar Patricia vocht terug en krabbelde weer op.

‘Het is nu zo’n tien jaar geleden dat ik naar beneden kukelde. Na een geweldsincident op mijn werk ben ik niet goed opgevangen. Ik kwam in de ziektewet, werd depressief en belandde uiteindelijk in de bijstand. Het ging steeds slechter met me. De gemeente heeft me in de steek gelaten, zo voelt dat. Eerst door me niet te steunen, later door me vier maanden op een bijstandsuitkering te laten wachten. De schulden stapelden op en uiteindelijk raakte ik mijn huis kwijten stond ik op straat. Onwerkelijk hè? Van een prima baan en fijn huis naar een dakloos bestaan. Via de crisisdienst, het Centrum voor Dienstverlening (CVD) en hulp van familie ben ik heel langzaam weer opgekrabbeld. Het was een moeizame weg waarop ik ook mezelf ben tegengekomen. Er zat veel boosheid in me vanwege het onrecht dat me was aangedaan, en vanuit de frustratie om steeds van het kastje naar de muur gestuurd te worden.’

Rust
‘Maar ik wil niet in het verleden blijven hangen. Ik wil kansen creëren en opnieuw beginnen. Van onderaf aan. Sinds 2016 heb ik weer een woning voor mijzelf. Tweejaar daarvóór kwam ik heel toevallig in contact met iemand van de Voedseltuin inDelfshaven. Ik ben daar vrijwilligerswerk gaan doen en dat heeft me vooral rust gebracht: buiten zijn, handen in de aarde, samenwerken met andere mensen. Ik kan er mijn hoofd leegmaken en ik ben een groot fan van de principes van permacultuur die we in de Voedseltuin toepassen: goed zijn voor de aarde, goedzijn voor de mens en delen in overvloed. Zo verbouwen we bijvoorbeeld veelgroente en fruit voor mensen die bij de Voedselbank komen.’

Omhoog
‘De laatste tijd merk ik dat ik de Voedseltuin aan het ontgroeien ben. De tuin richt zich steeds meer op mensen met een Wmo-indicatie. Ik wil graag een nieuwe stap maken. Toch voelt dat nog dubbel. Een aantal jaar geleden heb ik een rechtszaak aangespannen tegen de gemeente. Mijn advocaat claimt letselschade. Zolang die zaak loopt, kan ik het verleden nog niet echt loslaten. Maar ik hoop dat het nu niet al te lang meer gaat duren. In de tussentijd ben ik bezig met een horeca-opleidingstraject bij de stichting Tafel van zeven. Dat is best pittig, maar ik hoop de opleiding binnenkort af te ronden. Het lijkt me leuk om te koken in een sociale setting, een verzorgingstehuis bijvoorbeeld. Dat horeca-papiertje geeft me eenbasis om weer stap voor stap omhoog te klimmen.’

‘Dat ik nu anderen kan helpen, geeft me veel voldoening’

‘Dat ik nu anderen kan helpen, geeft me veel voldoening’

Jurriën Hup (60) kent het klappen van de zweep. Hij kreeg schulden, verloorzijn baan, raakte in een vechtscheiding verwikkeld en kampte met flinkepsychische problemen. Met enige hulp, waaronder een schuldsaneringstraject,wist hij zich weer op te richten. Jurrien kan nu weer genieten van het leven enwerkt als budgetmaatje bij Samen 010. Een organisatie die kwetsbare menseneen handje helpt, totdat ze zichzelf weer kunnen redden. Zo werkt hij mee aaneen warmer Rotterdam.

‘Op mijn eenentwintigste verhuisde ik van Assen – waar mijn wieg stond – naarAlkmaar. Ik ging trouwen, kreeg drie kinderen en werkte dertien jaar lang voorKLM Catering Services. Ondanks het goede salaris dat we samen hadden,raakten we in de schulden. We kochten te veel spullen op afbetaling.Tegelijkertijd liep onze relatie op de klippen. Dat resulteerde in eenvechtscheiding waardoor ik mijn kinderen niet meer kon zien. De schulden ende moeizame relatie met mijn ex-vrouw, braken me psychisch op waardoorwerken niet meer ging en ik meerdere malen op het punt stond een einde aanmijn leven te maken. Gelukkig waren er op het juiste moment mensen in debuurt die me daarvan hebben weerhouden.

Schone lei
Zo’n achttien jaar geleden kreeg ik een nieuwe vriendin en verhuisde ik voorhaar naar de Maasstad. Mijn schulden verhuisden mee, dat wel. Er was geenjuiste instantie voor iemand die meerdere problemen had, zoals ik. Ik had hetgeluk dat de betrokken medewerker van de GGZ mij aanmeldde bij deschuldsanering. Dat scheelde zoveel stress! De vaste lasten wordenautomatisch ingehouden en je krijgt leefgeld voor boodschappen. Vier jaarleefden mijn nieuwe vrouw en ik van zestig euro in de week. Ook met hulp vanmijn schoonfamilie en wat vrienden lukte het ons om na die tijd met eenschone lei te kunnen beginnen. Wat een verademing is dat! Ik geef nu nietmeer om materiële dingen. We geven om elkaar, dat vind ik veel belangrijker.Eens per jaar gaan we uit: asperges eten bij de Wensboom. En af en toe kan iknaar De Kuip. Daar kan ik echt naar uitkijken.

Mijn aanpak
Omdat ik arbeidsongeschikt ben, werk ik nu twee dagen per week alsvrijwilliger bij Samen 010. Mensen met problemen melden zich dikwijls bij deVraagwijzer. Een aantal van hen wordt doorverwezen naar De Kredietbank enik mag ze dan begeleiden. Hoe ik dat aanpak? Ik ga naar de mensen thuis enhoor hun verhaal aan. Om goed te kunnen helpen moet je oog hebben voorhun persoonlijke situatie. Vervolgens gaan we de post verzamelen. Dat depapierwinkel op orde is, is een eerste vereiste. Maar dat doen we heelgeleidelijk.
Post openen hoeft meestal niet direct, we weten toch wel wat er inde brief staat. De tweede keer leggen we de brieven op volgorde. Zo krijgenwe een overzicht van de schuld en de verschillende eisers. Vervolgens neem ikcontact op met de deurwaarders. Vaak zijn de boetes en de rente hoger dande schuld zelf. Ik overleg met de schuldeisers en kijk wat er te regelen valt.Omdat ik precies weet hoe het is om in de schulden te zitten, kan ik demensen goed helpen. Ik weet waarom ze de gordijnen dicht hebben enschrikken als de bel gaat. Maar als je eenmaal orde hebt in de chaos, dan valter echt al een loden last van je schouders. Ook nadat de orde lijkt te zijnhersteld, blijf ik betrokken. Het is belangrijk een oogje in het zeil te houden,want mensen moeten niet terugvallen in een oude gewoonte. En ook voorgoede raad op andere vlakken, ben ik er. Ik ben erg blij dat ik nu anderen kanhelpen. Dat geeft me zoveel voldoening.’